In het afval is er nog een deel organisch materiaal aanwezig. Binnenin de stortplaats ontstaat een zuurstofarme omgeving waar dit organisch materiaal omgezet kan worden tot biogas: een energierijk mengsel van methaangas (CH4), waterdampgas en CO2. Dit proces wordt bijkomend geactiveerd door injectie van water. De stortplaats wordt zo een bioreactor. Er wordt een installatie geplaatst voor de onttrekking van dit biogas dat in een valorisatie-installatie omgezet zal worden tot hernieuwbare warmte en groene elektriciteit. Op die manier wordt het afval van vele jaren geleden omgezet in hernieuwbare energie. Een voorlopige berekening leert dat hiermee 4.750.000 kWhel per jaar kan worden geproduceerd, wat het elektriciteitsverbruik is van zo’n 1.350 gezinnen en een besparing van CO2eq van ca. 23.500 ton (waarvan een kleine 21.000 ton door het capteren van CH4 en omzetten naar CO2 en een 2.500 ton door het maken van groene elektriciteit).
Na een proefperiode van ca 5 maanden werd na evaluatie de meest geschikte stortgasmotor bepaald. Het stortgasvolume is hoger dan de voorspellingen in de modellen (300 ipv 250 Nm³). De keuze van de stortgasmotor werd vastgesteld op 600 kW. Om de stortplaats als anaerobe digester te bedrijven werd een afwijking op de Vlarem-voorwaarden gekregen door de minister. Op die manier is het mogelijk om water te injecteren, de valorisatie van het stortgas te optimaliseren en de inertisering van de afvalstoffen te bevorderen.
De warmte van de koelvloeistof van de motor en van de uitlaat zal ingezet worden om de gebouwen te verwarmen, om sanitair warm water aan te maken en biomassa te drogen.